Dijk 84 (1976)

Restauratie en behoud

Het pand Dijk (rijksmonument) 84 dateert, blijkens een cartouche in de voorgevel, uit 1613. Het is getooid met een trapgevel boven een eenvoudig fries van natuursteen. In de top een venster met geblokte ontlastingsboog en een hijsbalk.

Op 7 mei 1972 brak brand uit in de panden Dijk 80 en 82, waardoor schade ontstond aan de kap van het monument van de n.v. De verzekering dekte de schade en eerder dan de bedoeling was werd een eerste restauratie aangepakt.

In 1975 werd het restauratieplan voor het gehele pand opgesteld, wederom van de hand van de directie van de vennootschap.

Inmiddels was een nieuwe rijkssubsidieregeling in werking getreden, mede waardoor het pand voor een bedrag (ruim) boven de kostprijs kon worden verkocht.

Architect:D. Ybema (oud directeur Gemeentewerken) en
F. Chattellon (Hoofd Bouw en woningtoezicht)./td>
Aannemer:Ramkema & Dangermond (Enkhuizen).
Jaar:1976

Het pand is aangekocht van de heer Van Os uit Den Helder.

Op 7 mei 1972 brak brand uit in de belendende panden (Dijk 80 en 84; café ’t Haventje) en als gevolg daarvan heeft het pand van Stadsherstel aanzienlijke schade opgelopen. Het herstel van de schade is (inclusief 14% BTW) geraamd op ƒ 33.535,10. De panden (Dijk 84 en 86) waren verzekerd voor ƒ 80.000, terwijl de herbouwwaarde werd vastgesteld op ƒ 132.000. Door onderverzekering werd de schade ook maar gedeeltelijk vergoed. Een verzoek om coulance mocht niet baten. In de ongedekte kosten hebben Rijk, Provincie en Gemeente samen 70% bijgedragen.

In afwachting van de restauratie is het pand voor een jaar verhuurd aan Fa. De Vries (’t Luifeltje) voor de som van ƒ 1.000, vooruit te voldoen in 4 termijnen.
Het restauratieplan en de inrichting tot woonhuis, is ook voor dit pand in eigen beheer (door de heer Ybema) gemaakt. Echter, tijdens de restauratie is de indeling van de begane grond ingrijpend aangepast door de nieuwe directeur (Chattellon) om het product beter af te stemmen op de wensen van de markt.
Op 26 november 1976, in de eindfase van de restauratie is aan Makelaardij C.J. de Wit opdracht gegeven het zeventiende-eeuwse monument te verkopen; vraagprijs ƒ 300.000 k.k. Het pand is op 29 maart 1977 voor ƒ 279.000 k.k. verkocht aan de heer Jan Verdonk (predikant) uit Westerbork. De wijze waarop Stadsherstel het pand vervolgens moest afbouwen is vastgelegd in een aan de koopakte gehechte omschrijving.
Het werk is uitgevoerd door lokale aannemers; Ramkema & Dangermond (bouwkundig), Waaijer Warmte- en Luchttechniek N.V. (centrale verwarming),
Hildering (elektrotechnische installatie) en Fa. D. Putting & Zoon (schilderwerk).
De kosten van de restauratie en inrichting tot woonhuis hebben ƒ 207.565,58 bedragen. De oorspronkelijke begroting is met een bedrag groot ƒ 28.565,58 (15,9%) overschreden, hoofdzakelijk als gevolg van een tussentijdse aanpassing van het plan en een verhoging van de BTW van 16% naar 18%. De subsidies van Rijk, Provincie en Gemeente komen ten goede aan Stadsherstel.

Bouwhistorie

Het voormalige pakhuis bestaat uit vier-en-een-halve bouwlaag: een souterrain, aan de voorkant ontsloten via een kelderstoep, drie volledige bouwlagen en een zolder. Op dit pand is de oorspronkelijke sporenkap nog aanwezig. Van drie vloeren liggen de balken in de richting van de grootste overspanning, echter hier zijn de onderslagen nog aanwezig. Het pand dateert, volgens de steen in het fries, uit 1625. De trapgevel is nog gaaf; vijf treden afgedekt met tafelplaten van zandsteen.
Boven het raamkozijn in de topgevel is de hijsbalk nog aanwezig. Een bijzonder detail is de zoldervloer, die bestaat uit bakstenen gelegd op kinderbalkjes. Alle vloeren hellen sterk naar achter; de achtergevel staat op de rand van een gedempte dijkgracht en is in de loop der jaren (ernstig) verzakt. Het grootste verschil (zoldervloer) bedraagt 57 cm.

De bewoners

In dit pand woonde de ’Hoofdofficier ende Dijkgraaf van de Nieuwdorper-Cogge’, Harman Hertman van der Woude. Niet bepaald een naam die veel voorkwam in Enkhuizen. Maar hij was getrouwd met Margaretha Blauwhulck, de dochter van Jan Simonsz Blauwhulck. Die naam was wel bekend in Enkhuizen. De familie Blauwhulck had veel aanzien in de stad. Het huis ten oosten gelegen van Dijk 84 heette zelfs de ’De Blauwhulck’.16 Op 14 april 1670 werd dit laatstgenoemde pand voor de schepenen verkocht.17
Hertman van der Woude woonde toen al op Dijk 84 en ook na het overlijden van zijn vrouw in 1662 verbleef hij daar tot 1705.

Dit was het jaar waarin de stadsdokter Michiel Schaap het monumentale pand overnam, maar een officiële akte daarvan is niet meer te vinden.18 Michiel trouw-
de op 1 februari 1711 met de weduwe Trijntje Kuiper-de Jong Het echtpaar kreeg twee kinderen, Johanna en Bregje, die hun jeugd doorbrachten aan de Dijk.

Michiel was al enkele jaren stadsdokter en in 1716 wordt de ’oud president schepen’ wederom door het stadsbestuur als arts aangesteld. Of het werk hem te zwaar werd vertelde de historie niet, maar op 4 september 1727 nam hij op eigen verzoek ontslag. Hij nam toen ook ontslag als ’burgerwacht’ een soort ordebewaker.

Hij was ’een kapitein van de burgerij, van de tocht en wacht’. 19 Erg gelukkig is de familie Schaap niet, want in 1732 diende Trijntje de Jong, als weduwe van Michiel Schaap, met enkele familieleden een verzoek in bij het stadsbestuur om haar dochter Bregje in een ’tuchthuis’ te plaatsen. Bregje was, na het vertrek van haar man naar Oost-Indië helemaal de weg kwijtgeraakt en raakte aan de drank en wel zo erg dat ’tot spot van de wereld’ zij zich ’seer quade gedroeg’. Inderdaad kwam ze in een Verbeterhuis terecht.20

Alhoewel de archieven géén bewijs van overschrijving kunnen laten zien, werd Claas Spanjaard de nieuwe bewoner.

Op 12 oktober 1729 betaalde Caatje Jansdr ƒ 500 voor pand Dijk 84. Het was wel van heel korte duur, want twee weken later kwam het in andere handen.
Leendert Jansz richtte het huis in na op 27 oktober 1729 eerst ƒ 475 te hebben betaald. Nog tot 1763 bleef Leendert Jansz van het uitzicht op het water genieten.21


Bij zijn overlijden betrokken dochter Cornelisje en haar man Wijbrand Vis de woning. Dat ook de huizenprijzen soms snel daalden bleek op 14 januari 1775 toen voor de schepenbank de transportakte werd getekend door Jan Claasz Bleeker die voor ’t pand ƒ 210 neertelde. Twaalf jaar verbleef hij op die plek.22
Op 5 maart 1787 besloot Willem Munster, de kleermaker, tot aankoop: ƒ 300,-. De prijs was gelukkig weer iets gestegen …

Maar of het de heer Munster daar toch niet zo goed beviel? Hij verkocht al twee jaar later het dijkpand voor ƒ 350 aan Claas Jansz Leyen. (21 november 1789).23
Je kunt natuurlijk ook wel eens te snel handelen, zonder teveel na te denken, en ja, Willem Munster kreeg spijt dat hij zijn huis verkocht had en op 19 januari 1791 werd hij opnieuw eigenaar voor het bedrag van ƒ 250. Zou Claas Leyen ook spijt krijgen?

Maar Willem Munster bleef nu wel met veel genoegen op de plek wonen en pas op 10 december 1822 verhuisde Joris van Simmeren naar de woning staande tussen Venedie en het Zand. De koopman gaf een bedrag van ƒ 200. 24

Het perceel werd evenwel te oud om te bewonen en als kaaspakhuis in gebruik genomen. Via een openbare verkoop in Hotel Igesz op de Dijk kwam op 1 april 1886 het pakhuis in bezit van de Firma Minne Sluiter. Bij opbod en afslag werden twee pakhuizen op de Dijk op de Firma Sluiter overgeschreven voor het geldbedrag van ƒ 1.975.25 (Zie voor de peulvruchtenhandel, bij Dijk 86.)

In 1972 kwam Dijk 84 in eigendom van Stadsherstel.

__________

16 Hoorn, Westfries Archief (WFA), Stadsarchief Enkhuizen (SAE) 4955
17 Haarlem, Noordhollands Archief (NA), collectie Semeyns de Vries van Doesburgh, 854
18 Hoorn, WFA, SAE, 4961
19 Hoorn, WFA, SAE, 298
20 Hoorn, WFA, SAE, 299
21 Hoorn, WFA, SAE, 4964
22 Hoorn, WFA, SAE, 4974
23 Hoorn, WFA, SAE, 4978
24 Hoorn, Notarieel Archief Enkhuizen (NAEh) 1574 (aktenummer 124)
25 Hoorn, NAEh, kantoor II.120 (aktenummer 7005)


Op 7 mei 1972 brak er brand uit in café Het Haventje en trof ook het pakhuis, al kon de brand daar worden beperkt. Niettemin kreeg de geveltop aan de achterzijde van het vuur te lijden. Voor de veiligheid werden daar door Gemeente werken stutten geplaatst.15

Brand in ’t Haventje op 7 mei 1972
bedreigt de panden van Stadsherstel.
Dijk 84 wordt natgehouden om de
schade te beperken.
Dijk 84 en 86 na restauratie.

* Overslag
De eigenaars van het woonhuis hebben eeuwenlang naast een ’Overslag’ van zand (en stenen) gewoond. Het erf dat ten oosten van het huis lag, werd, nadat de daarop staande bomen gerooid waren, in 1898 door de gemeente verkocht.
Een goede kennis vertelde mij dat hij in zijn kinderjaren op het Zand speelde in een ’bult’ zand en er een loopplank op de Dijk lag voor het lossen van materialen uit een schip.